Uitgangspunten: evolutie of schepping?
Met evolutie bedoelt men een geleidelijk proces waarbij een steeds hogere orde van organisatie en zelfs intelligentie ontstaat. Dat proces zou begonnen zijn met de vorming van het heelal door de “Big Bang” (grote knal).
De evolutietheorie veronderstelt dat het leven op aarde als volgt is ontstaan: atomen voegden zich samen tot eenvoudige moleculen - deze voegden zich op hun beurt samen tot ingewikkelder moleculen - welke door samen te ballen onder andere leidde tot de vorming genetisch materiaal - waardoor eenvoudige cellen konden groeien - welke zich over miljoenen jaren ontwikkelden tot de huidige levensvormen, waaronder de mens. Deze mens zou in het stadium gekomen zijn de verdere evolutie zelf ter hand te nemen.
eenvoudige moleculen
zoals bv methaan
door een big bang werden
sterren en planeten gevormd
grotere moleculen
zoals bv
adenine nucleotide
complexe moleculen
zoals bv DNA
Onze nederlandse overheid is er van overtuigd dat de evolutietheorie bewezen is en heeft deze daarom als leerstof verplicht gesteld.
Evolutie is niet natuurwetenschappelijk te bewijzen!
Ondanks het toenemende aantal geleerden dat twijfelt aan de evolutietheorie hoort men wetenschappers over het algemeen zeggen dat evolutie bewezen is. Het is daarom goed om even stil te staan bij het kenmerk van natuurwetenschappelijke bewijsvoering. Natuurwetenschappelijk onderzoek is gebaseerd op de wetmatigheden in de stoffelijke natuur en de wetenschapper is daarbij gebonden aan strikte regels, zoals herhaalbaarheid en uitsluitende, betrouwbare uitspraken doen binnen randvoorwaarden.

Herhaalbaarheid
Elk experiment is, als men beschikt over het voorschrift en de geschikte middelen, in principe door iedereen te herhalen. Alle proeven van natuur- en scheikundigen uit de vorige eeuwen zijn ook nu uit te voeren en leveren hetzelfde resultaat of hetzelfde chemische product op. De experimenten van Newton die het bestaan van de zwaartekracht aantoonden, bijvoorbeeld, geven dezelfde resultaten als men ze opnieuw uitvoert, onafhankelijk van de persoon. Heel onze technische cultuur berust op toepassing van deze wetmatigheden uit de natuur. Populair gezegd: resultaten behaald in het verleden zijn een garantie voor de toekomst. Dat kan niet gezegd worden van andere wetenschappen, zoals geschiedenis, omdat daarin de mens zelf een factor is.

De randvoorwaarden
Elke analist leert dat een analyse uitslag binnen de meetgrenzen moet liggen en extrapolatie (doortrekken buiten het meetgebied; zie figuur) niet geoorloofd is.
De evolutieleer daarentegen is gebaseerd op extrapolatie van meetgegevens in het heden (het meetgebied) naar het verleden (ver buiten het meetgebied).
Dit is vergelijkbaar met de uitspraak: om 12.00 was de auto in Apeldoorn en om 11.00 in Amersfoort, dus was hij om 10.30 in Amsterdam, terwijl men niet weet of de auto even hard doorreed, de reis werd onderbroken in Amersfoort, etc.
(Omgekeerd maken ook bijbelgetrouwe gelovigen soms dezelfde fout door geloof en natuurwetenschappelijk bewijs te verwarren.)
Kern van het probleem: vanwaar komt de informatie?
Veronderstel dat over enkele jaren het volgende nieuwsbericht verschijnt:
MENS IN LABORATORIUM GEMAAKT!

Heeft men dan de evolutietheorie bewezen?
Neen, men heeft dan weliswaar bewezen, dat men in staat is een mens te maken in een goed ingericht laboratorium, met behulp van grote laboratoriumvaardigheid en deskundigheid, maar niet dat het in het verleden zo gegaan is. De vraag die bij menigeen zal rijzen is de volgende: “Waar kwamen die deskundigheid en dat laboratorium vandaan?” Of anders geformuleerd, in het kader van de evolutie van de mens: “Waar kwam de informatie vandaan, die het veronderstelde evolutieproces heeft doen verlopen?” Deze vraag valt buiten het natuurwetenschappelijke kader; het evolutieproces is immers niet herhaalbaar, en herhaalbaarheid was hét kenmerk, zoals we boven aangaven, van de natuurwetenschappen. Dus zelfs al zou men een mens in het laboratorium kunnen maken, dan levert dat geen natuurwetenschappelijk bewijs over de oorsprong van de mens, maar wordt men daarentegen geconfronteerd met de vraag naar de oorsprong van de  intelligentie en informatie die onontbeerlijk bleken voor het maken van de mens.
In feite heeft men dan juist bewezen dat de evolutietheorie niet klopt, omdat er blijkbaar zeer veel kennis en vaardigheid nodig is om leven te maken. Dat is nu juist wat de bijbelgetrouwe wetenschappers geloven.
Onderwijs in de oorsprong is geloofsleer
Uitspraken over de oorsprong van de mens liggen op het terrein van de filosofie en de 'bewijzen' berusten strikt genomen op de historische wetenschap. Bij wat toen gebeurde was geen waarnemer aanwezig die in het heden leeft, en historische gebeurtenissen kunnen niet herhaald worden. Men moet dus vertrouwen op wat anderen daarover geschreven hebben of aan ideeën over door geven. Dat is een ander soort bewijsvoering dan in de natuurwetenschappen.
Geloven = vertrouwen
Er zijn controleerbare feiten, zoals fossielen en gesteenten, uit het verleden. Deze zullen door een aanhanger van de evolutieleer anders geïnterpreteerd worden dan door een bijbelgetrouwe gelovige, vanwege hun verschil in uitgangspunt. Onze uitgangspunten of vooroordelen zijn als het ware een bril waardoor we de feiten waarnemen en uitleggen (interpreteren).
Veronderstel dat er een mens gemaakt zou kunnen worden in het laboratorium, wat zou dat betekenen voor een christen? Zijn ontzag voor de Schepper zou enorm toenemen, want de almachtige Schepper zou dan niet alleen de mens geformeerd hebben, maar hem ook het vermogen geschonken hebben om de code te ontsleutelen waarmee de informatie opgeslagen ligt in zijn cellen. Het maken van een mens in een laboratorium zou voor een christen te vergelijken zijn met een super-computer die in staat is computers te maken. De grote vraag blijft daarbij: wie schreef de programma's voor die super-computer?
Keuze bepaalt gevolgen
Een mens is vrij om te kiezen door welke bril hij de gegevens uit het verleden wil bezien. Hij is vrij in wat hij gelooft: de evolutie of de schepping. Maar zoals elke keuze heeft ook deze keuze gevolgen
Zonder dat ze het misschien beseffen zijn het dikwijls de consequenties die iemands overtuiging bepalen. De consequentie van de evolutietheorie is, dat de mens zelf bepaalt wat goed en kwaad is. Het geloof in een schepping houdt in dat men beseft verantwoording te moeten afleggen aan de Schepper.
Schepping of evolutie: een geestelijke keuze
Wat de mens in zijn natuurlijke toestand niet heeft, dat is geestelijk leven. De instrumenten (zoals een microscoop of een telescoop), die in de wetenschappen gebruikt worden, zijn dingen die zich buiten de mens bevinden, maar het instrument waarmee men God ziet is de gehele mens. Als een mens niet schoon en helder is, wordt de glimp die hij van God opvangt onduidelijk - zoals de maan wanneer die door een vuile telescoop bezien wordt. Het reinigen van dat onzichtbare deel van de mens kan alleen door geloof in Jezus Christus.

Dr.ir. H.Degens; Universiteit Nijmegen
Dr. W.Hoek; Vroomshoop
De evolutietheorie