Empirische wetenschap (bv natuurkunde, scheikunde)
Door experimenten die in het heden herhaald kunnen worden, ontdekt men wetmatigheden die in de stoffelijke natuur gelden. Op grond van die 'natuurwetten' kan men vliegtuigen fabriceren, chemische stoffen maken, enz. Heel de stoffelijke wereld die de mens om zich heen gemodelleerd heeft, is gebaseerd op natuurwetmatigheden. Uit ervaring vertrouwt elk mens erop dat ook morgen onder invloed van de zwaartekracht voorwerpen naar beneden zullen vallen.
Historische wetenschappen
Een heel andere groep wetenschappen vormen de historische. Ook daar zijn strikte regels waaraan men moet voldoen wil men betrouwbare uitspraken doen over bepaalde historische feiten. Maar als men de geschiedenisboeken uit verschillende landen vergelijkt, zal men kunnen concluderen dat er over een bepaalde historische figuur totaal verschillend geschreven wordt. Geschiedenis kan dus blijkbaar verschillend geschreven worden, afhankelijk van de plaats van de waarnemer en het doel wat de geschiedschrijver beoogt.
Voor zover men in de geologie (aardkunde), astronomie, biologie, enz. modellen tracht op te stellen voor de geschiedenis van de aardkorst en het leven, kan men deze ook rekenen tot de historische wetenschappen. Het model dat men presenteert hangt af van de zienswijze van de onderzoeker en het doel dat beoogd wordt.
Menswetenschappen
Onderzoek naar 'waarom' mensen een bepaald gedrag vertonen en modellen om dat gedrag te verklaren of te voorspellen horen tot weer een andere categorie wetenschappen. Te denken valt aan filosofie, psychologie, theologie, economie enz.
Bij deze wetenschappen gaat het om het veranderlijke wezen: mens. Bij economische voorspellingen geeft men dan ook terecht als waarschuwing mee: resultaten in het verleden zijn geen garantie voor de toekomst.
De wetenschappers op hun specifieke terrein kennen hun eigen disciplines en de grenzen van hun wetenschap. Resultaten uit empirische wetenschappen zijn herhaalbaar, (en leveren voor elk mens controleerbare producten), maar ze worden soms toegepast in andere wetenschappen zonder rekening te houden met de bijbehorende randvoorwaarden. Bij de kwaliteitscontrole in een chemisch laboratorium bijvoorbeeld mag men uiteraard alleen conclusies trekken binnen het meetgebied van de ijklijn. Extrapolatie buiten het meetgebied is onbetrouwbaar.